preheader NTVO

headerASCO2013

Hoge-dosis melphalan plus autologe stamceltransplantatie gevolgd door onderhoudstherapie met lenalidomide geeft een betere progressievrije overleving bij patiënten met multipel myeloom

Uit resultaten van een fase III studie gepresenteerd tijdens ASCO 2013 blijkt dat een behandeling bestaande uit hoge-dosis melphalan gevolgd door autologe stamceltransplantatie (MEL200) zorgt voor een significant langere progressievrije overleving (PFS) dan een behandeling met melphalan, prednison en lenalidomide (MPR). Dit resulteerde echter niet in een significant verschil in totale overleving (OS). Daarnaast bleek dat onderhoudstherapie met lenalidomide volgend op MPR of MEL200 leidt tot een significante reductie van het risico van ziekteprogressie. Lenalidomide-onderhoudstherapie bleek verder geassocieerd met een trend naar een betere OS.

In de gepresenteerde studie werden 402 multipel myeloom patiënten gerandomiseerd tussen een behandeling met 6 cycli MPR (N= 202) of tandem MEL200 (N= 200). Na deze initiële behandeling werden patiënten een tweede keer gerandomiseerd tussen onderhoudstherapie met lenalidomide (N= 198) of geen onderhoudstherapie (N= 200). Het primaire eindpunt van de studie was PFS.

Na een mediane opvolging van 45 maanden bedroeg de PFS 25 maanden voor patiënten in de MPR-arm tegenover 39 maanden voor patiënten die behandeld werden met MEL200 (HR [95%BI]: 1,66 [1,27-2,18]; p = 0,0002). Dit resulteerde echter niet in een langere OS voor patiënten in de OS-arm (vijfjarige OS: 71% met MPR versus 72% met MEL200; HR [95% BI]: 1,08 [0,72-1,63]; p = 0,71). Verder bleek onderhoudstherapie met lenalidomide geassocieerd met een significant langere PFS in vergelijking met het regime zonder onderhoudstherapie (37,5 versus 25,7 maanden; HR [95% BI]: 0,63 [0,48-0,83]; p = 0,0008). Dit resulteerde in een hoger percentage patiënten dat in leven was na 5 jaar in de arm met lenalidomide onderhoudstherapie (vijfjarige OS: 76% met onderhoudstherapie versus 68% zonder onderhoudstherapie; HR [95% BI]: 0,68 [0,45-1,04]; p = 0,08 NS). Na een mediane opvolging van 32 maanden vanaf de start van randomisatie bedroeg de mediane PFS in de arm met onderhoudstherapie 41 maanden tegenover 18 maanden in de arm zonder onderhoudstherapie (HR [95% BI]: 0,50[0,36-0,69]; p < 0,0001). Uit deze analyse kwam bovendien een significant betere OS naar voren voor patiënten met lenalidomide onderhoudstherapie in vergelijking met patiënten die dit niet kregen toegediend (vijfjarige OS: 81% versus 72%; HR [95%BI]: 0,60 [0,37-0,97]; p= 0,04)

Samengevat zorgt het MEL200 regime voor een significant langere PFS bij patiënten met multipel myeloom in vergelijking met MPR. Daarnaast bleek dat onderhoudstherapie met lenalidomide zorgt voor een significante reductie van het risico op ziekteprogressie, onafhankelijk van het eerder gebruikte behandelingsregime. Bovendien was lenalidomide onderhoudstherapie na MEL200 of MPR geassocieerd met een trend naar een betere OS.

Referentie

M. Boccadoro, F. Cavallo, F. M. Gay et al. Melphelan/prednisone/lenalidomide (MPR) versus high-dose melphelan and autologous transplantation (MEL200) plus lenalidomide maintenance or no maintenance in newly diagnosed multiple myeloma (MM) patients. J Clin Oncol 2013;31(suppl). Abstract 8509.

Spreker Mario Boccadoro

 Boccadoro

Mario Boccadoro, MD,
Department of Medicine and Experimental Oncology,Torino, Italy


Zie: Keyslides

Back to Top