preheader NTVO

Trastuzumab plus endocriene therapie is niet-inferieur ten opzichte van trastuzumab plus chemotherapie bij patiënten met gemetastaseerde HR- en HER2-positieve borstkanker

In de SYSUCC-002-studie werd aangetoond dat trastuzumab plus endocriene therapie niet-inferieur is ten opzichte van trastuzumab plus chemotherapie bij patiënten met hormoonreceptorpositieve en HER2-positieve gemetastaseerde borstkanker. Daarbij bleek ook de combinatie van trastuzumab en endocriene therapie beter te worden getolereerd dan de behandeling met chemotherapie. Verder werd in een exploratieve analyses gezien dat trastuzumab plus endocriene therapie vaker gunstig was voor patiënten met een ziektevrij-interval (‘disease-free interval’, DFI) van 24 maanden of langer.

Ongeveer 10% van alle gemetastaseerde borstkankers zijn HR- en HER2-positieve (HR+/HER+) gemetastaseerde borstkankers (‘metastatic breast cancer’, MBC). Bij patiënten met HER2+-MBC is al eerder een overlevingsvoordeel aangetoond van eerstelijnsbehandeling met anti-HER2-therapie in combinatie met chemotherapie. Bij patiënten met HR+-MBC wordt vaak endocriene therapie verkozen boven chemotherapie, gezien de betere verdraagzaamheid van endocriene therapie. Voor MBC-patiënten met een HR+- én HER2+-ziekte is momenteel nog geen consensus over de optimale therapie. Voor deze patiënten wordt momenteel zowel anti-HER2-therapie plus endocriene therapie als anti-HER2-therapie plus chemotherapie ingezet. Om te helpen deze consensus te bereiken, werd in de SYSUCC-002-studie onderzocht of trastuzumab plus endocriene therapie net zo effectief is als trastuzumab plus chemotherapie en of hierbij ook lagere toxiciteit wordt gezien.

De SYSUCC-002-studie

De SYSUCC-002-studie is een open-label, niet-inferioriteit, fase III gerandomiseerde studie die is uitgevoerd binnen negen Chinese ziekenhuizen. Hierbij werden patiënten met histologisch bevestigde gevorderde HR+/HER2+ borstkanker en een DFI van twaalf maanden of langer gerandomiseerd (1:1) naar trastuzumab plus chemotherapie (CT-arm) of trastuzumab plus endocriene therapie (ET-arm). Endocriene therapie bestond uit oestrogeenreceptormodulatoren of aromataseremmers en chemotherapie bestond uit taxanen, capecitabine of vinorelbine. Het primaire eindpunt van de studie was progressievrije overleving (‘progression-free survival’, PFS) met een niet-inferioriteitsbovenmarge van 1,35 voor de hazard ratio (HR). 

Tussen 16 september 2013 en 28 december 2019 werden 392 patiënten geïncludeerd in de CT-arm (n=196) of ET-arm (n=196). Na een mediane follow-up van 30,2 maanden was de mediane PFS 14,8 maanden in de ‘intention-to-treat’-populatie van de CT-arm en 19,2 maanden in de ET-arm (HR [95%-BI]: 0,88 [0,71-1,09]; p=0,250). Daarnaast bleek uit subgroepanalyses dat er geen significant verschil was tussen de ET- en CT-arm wanneer werd gekeken naar leeftijd, receptorstatus, viscerale betrokkenheid, eerdere adjuvante endocriene therapie of aantal metastasen. Wel bleek er een verschil te zijn wat betreft DFI. Borstkankerpatiënten met een ziektevrij interval langer dan 24 maanden bleken vaker voordeel te hebben bij een combinatiebehandeling met trastuzumab en endocriene therapie (HR [95%-BI]: 0,77 [0,53-1,10]). Patiënten met een DFI van 24 maanden of korter gedijden juist beter bij de combinatie trastuzumab en chemotherapie (HR [95%-BI]: 1,39 [0,97-1,98]). Verder werd geen significant verschil gezien tussen de armen wat betreft algehele overleving (HR [95%-BI]: 0,82 [0,65-1,04]; p=0,090). Er werd echter wel een verschil gezien wat betreft toxiciteit: deze was significant hoger in de CT-arm vergeleken met de ET-arm. Hierbij werd onder meer vaker leukopenie gezien (50% vs. 6,6%), misselijkheid (47% vs. 12%) en vermoeidheid (24% vs. 16%). Ten slotte stierven er geen patiënten aan behandelingsgerelateerde oorzaken.

Conclusie

In de SYSUCC-002-studie bleek de effectiviteit van behandeling met trastuzumab plus endocriene therapie niet-inferieur ten opzichte van trastuzumab plus chemotherapie bij patiënten met HR+/HER2+-gemetastaseerde borstkanker. Wel bleek de combinatie met endocriene therapie minder toxisch te zijn. Verder toonde een exploratieve analyse aan dat bij patiënten met een ziektevrij interval van langer dan 24 maanden trastuzumab plus endocriene therapie vaker gunstigere uitkomsten oplevert, waar bij een DFI van 24 maanden of korter trastuzumab plus chemotherapie meer voordelig was.

Referentie

Yuan Z, et al. Trastuzumab plus endocrine therapy or chemotherapy as first-line treatment for metastatic breast cancer with hormone receptor-positive and HER2-positive: The sysucc-002 randomized clinical trial. Gepresenteerd tijdens ASCO 2021; Abstract 1003.

Spreker Zhong-Yu Yuan

Zhong-Yu Yuan

Zhong-Yu Yuan, MD, Sun Yat-Sen University Cancer Centre, Guangzhou, China


Zie: Keyslides

Back to Top